Eigenlijk ken ik hem al ruim een jaar, maar een echt gesprek hadden we nog niet eerder gevoerd. Nu valt dat ook niet altijd mee, want Serge heeft nogal eens een slok teveel op. Meestal wordt hij dan niet agressief, maar wel erg duf en slaperig. Vooral later op de dag. Maar goed, nu trof ik hem ’s ochtends. Hij was niet al te slaperig, en ik vermoed dat hij nog niet gedronken had, maar het was nog steeds moeilijk om hem te verstaan. ‘Dat doet drank dus met een mens’, dacht ik nog.
Ondanks dat Serge moeilijk te verstaan was, had ik wél ’t gevoel dat hij op z’n gemak was en dat hij ook graag wilde praten. Eerst over koetjes en kalfjes en de dagelijkse zorgen van een straatbewoner, zoals het buurtverbod dat hij pas geleden had gekregen in een deel van de stad. Vooral vanwege wildplassen, begreep ik. Maar ja, wat moet je als straatbewoner als de openbare toiletten schaars zijn en je daar bovendien vaak wordt weggejaagd? Gaandeweg begon Serge ook wat te vertellen over zijn leven van de afgelopen jaren. Daarbij vertelde hij iets waardoor ik mijn oren ging spitsen: dat hij al twee keer een hersenbloeding had gehad.
Ik voelde me beschaamd. Een hersenbloeding, dat betekent meestal dat je spraakvermogen een klap krijgt. Dat je moeilijker te verstaan wordt, en soms enorm naar woorden moet zoeken. En ik maar denken van ‘dat doet drank dus met een mens’.
Nu zal het drankgebruik van Serge niet bepaald een goede invloed hebben op zijn vermogen om verstaanbaar te spreken, toegegeven. Maar toch. Ik werd weer eens met mijn neus op mijn eigen vooroordelen gedrukt.
Straatpastoraat is een voortdurende leerschool. Een leerschool in de levenshouding van Jezus van Nazareth, die ons tweeduizend jaar geleden al voorhield: “veroordeel niet!”. En die ook gezegd heeft: “ieder die in woede tegen zijn broeder of zuster tekeergaat, zal zich moeten verantwoorden voor het gerecht. Wie tegen hen ‘Nietsnut!’ zegt, zal zich moeten verantwoorden voor het Sanhedrin. Wie ‘Dwaas!’ zegt, zal voor het vuur van de Gehenna komen te staan.” Dat zijn heel stevige woorden, maar volgens mij zeggen ze feitelijk dit: wie je ook voor je hebt, zet haar of hem niet weg als nietsnut, dwaas of nog erger. Durf met de ogen van liefde te kijken en wees je ervan bewust dat ook deze mens een kind van God is. En, voeg ik er vanuit de ervaring met Serge en zoveel anderen aan toe: wees je er altijd van bewust dat er meer aan de hand kan zijn dan wat iemand op het eerste gezicht laat zien.
Ik ben Serge dankbaar voor zijn vertrouwen, waardoor hij mij durfde vertellen over zijn hersenbloeding. En ik ben hem nóg dankbaarder omdat hij mij heeft laten zien, dat er altijd meer achter een eerste indruk zit. Zoals ik al zei: straatpastoraat is een voortdurende leerschool.